Over de geschiedenis van de Joden in Anholt, Isselburg en Werth
balletje.gif (644 bytes) Begraafplaats balletje.gif (644 bytes) Synagoge balletje.gif (644 bytes) Vermoord balletje.gif (644 bytes) Pancratiuskerk
balletje.gif (1043 bytes) Gedenkteken balletje.gif (1043 bytes) Startpagina        
          
In 1616 wordt voor het eerst een Jood in de rijksvrije heerschap Anholt genoemd. Omstreeks 1730 beschikten de Joden in Anholt over een synagoge, vermoedelijk een gebedsruimte in een woonhuis. Aan het begin van de 19e eeuw werd in Anholt in het gebied Dwarsefeld dichtbij de Nederlandse grens een Joodse begraafplaats aangelegd. De eerste grafsteen hierop dateert van 1821. In hetzelfde jaar zijn in een inwonersregister in Anholt 10 Joden vermeld, onder wie een slager en twee kooplieden.
In 1831 bouwden de Joden in Anholt aan de huidige Niederstraße een synagoge.
In Isselburg was geen synagoge. De Joden daar onderhielden echter nauwe contacten met de Joden in Anholt en werden ook op de begraafplaats in Dwarsefeld begraven.
Over vernielingen in de zgn. Reichskristallnacht op 9/10 november 1938 is uit Anholt, Isselburg en Werth niets bekend.
In 1938 woonden nog Fanny en Hermann Sander met hun zwager Julius Leffmann in de Deichstrasse.
Hoe groot de isolatie was, waaraan het gezin Sander onder het nationaal-socialisme was blootgesteld, schildert een buurvrouw (vertaling):
„Wanneer mevrouw Sander met de trein van familiebezoek uit Bocholt kwam, wachtte ze, ‘om niemand te storen‘ op het station tot iedereen weg was. Toen ben ik er extra naartoe gegaan om haar te groeten. Ze was daar heel dankbaar voor".
Als laatste Joden uit Isselburg ontkwam de veehandelaar Sander met zijn gezin voor het begin van de oorlog nog over de nabijgelegen grens met Nederland.
Clara Cussel meldde zich als laatste Joodse inwoonster van Anholt op 25 september 1939 af wegens vertrek naar Emmerich. Van daar werd zij in december 1941 naar het „Reichsjudenghetto" Riga gedeporteerd. Hier is zij vermoord.
Op 11 december 1941 werden Fanny Sander en Julius Cleffmann uit Werth naar het "Reichsjudenghetto" in Riga gedeporteerd. Daar zijn zij vermoord.
In totaal werden tien Joodse vrouwen en mannen uit Isselburg, Anholt en Werth slachtoffer van de sjoa.
De synagoge in Anholt werd op 22 maart 1945 bij een bomaanval verwoest. Op 18 september 2005 werd een gedenkteken onthuld aan het gebouw van de Volksbank Emmerich-Rees eG., filiaal Anholt, Niederstraße 40.
                 
© Arbeitskreis
Synagogenlandschaften
13-11-2005 fs. mail@planet.nl